Vrouwen menstrueren nooit in de negentiende-eeuwse literatuur. Al zijn Eline Vere, Madame Bovary en Anna Karenina wel geregeld ‘zwakjes.’ Ook in brieven, dagboeken en zelfs in inventarislijsten is menstruatie een hoogst ongebruikelijk onderwerp.
Een intieme passage in een brief aan de beroemde Nederlandse schrijver en politicus Jacob van Lennep (1802-1868) trok daarom de aandacht van emeritus-hoogleraar Moderne Nederlandse letterkunde Marita Mathijsen van de Universiteit van Amsterdam. Zij publiceerde diverse standaardwerken over negentiende-eeuwse literatuur, waaronder De gemaskerde eeuw, waarin de moraal van die tijd aan de hand van literatuurfragmenten wordt beschreven. In haar blog brengt ze het laatste literaire nieuws over die periode. Eén van die blogs gaat over menstruatie. Of beter gezegd: over de consequente afwezigheid daarvan. ‘Ook in romans van vrouwelijke schrijvers wordt nooit gezinspeeld op maandelijks ongemak. Ik ken eigenlijk maar één uitzondering, en die is van een man.’
‘Marie Duplessis droeg altijd een witte camelia op haar borst, behalve enkele dagen per maand, dan was deze bloem rood’
La dame aux camélias van Alexandre Dumas jr. vertelt het verhaal van de al jong aan tbc gestorven courtisane Marie Duplessis (portret), die zich in de hogere kringen van Parijs door haar minnaars liet onderhouden. ‘Haar graf is nog altijd op de begraafplaats van Montmartre in Parijs te vinden. Giuseppe Verdi baseerde zijn opera La Traviata op haar levensverhaal. Marie Duplessis droeg altijd een witte camelia op haar borst, behalve enkele dagen per maand, dan was deze bloem rood. Een omfloerste manier om haar minnaars duidelijk te maken dat zij menstrueerde.’ Grappig weetje: ‘Toen La Traviata jaren terug in Amsterdam werd opgevoerd, was die bloem altijd rood. Voor mij een sterke aanwijzing dat de regisseur het boek niet had gelezen.’
‘24 Augustus 1846 mogten wij beleven dat onze lieve Rebecca op haar dertiende jaar het eerst haar vrouwelijke zaaken kreeg. Groote dankstof’
Meer voorbeelden in negentiende-eeuwse literatuur zijn er eigenlijk niet. ‘Daarvoor moet je naar de twintigste eeuw. En ook buiten de negentiende-eeuwse romanwereld kom je er maar sporadisch iets over tegen. De vrouw van de dichter Isaac da Costa schrijft er in haar dagboek heel openhartig over. Zij tekent aan: ‘24 augustus 1846 mogten wij beleven dat onze lieve Rebecca op haar dertiende jaar het eerst haar vrouwelijke zaaken kreeg. Groote dankstof.’ Ook de eerste menstruaties van dochters Hanna en Francisca, op veertienjarige leeftijd, kwamen in haar dagboek terecht. Ze noemt het steeds ‘de vrouwelijke zaken’ en zij dankt God ervoor. Het betekende duidelijk veel voor haar: de meisjes waren gezond in hun vruchtbare jaren gekomen. Omdat zij het over ‘wij’ heeft, denk ik dat Isaac ook werd ingelicht.’
‘Schrijf mij bid ik u toch spoedig, want ik verlang hier even vurig naar, als wellicht Van der Boon naar de menstruatie zijner Echtvriendin’
‘Bij de dichter Gerrit van de Linde (De Schoolmeester) kwam ik een spottende verwijzing tegen. Hij had een affaire gehad met de vrouw van de hoogleraar Van der Boon Mesch, en die leek zwanger te zijn geraakt. De hoogleraar was dat na vijf jaar huwelijk niet gelukt. Als dit geval uitkomt, moet Gerrit de plaat poetsen. Vanaf een onderduikplaats schrijft hij aan Jacob van Lennep dat hij op een brief van hem hoopt: ‘Schrijf mij bid ik u toch spoedig, want ik verlang hier even vurig naar, als wellicht Van der Boon naar de menstruatie zijner Echtvriendin’.’
Uit een pornografisch boekje uit de negentiende eeuw is het volgende versje:
Vraag
Waarmede staat de flinkste en dapperste officier,
Gelijk aan eene maagd, teêr als een anjelier?…
Antwoord
Dat beiden heet zijn van gedachten,
En er met grooten lust naar smachten,
Wanneer zij ’t maandlijksche verwachten.
‘En in een inventarislijst uit 1809, de inhoud van de reiskoffer van de gefortuneerde kunstverzamelaar Lucretia van Winter, kwam ik een afkorting tegen die op maandverband zou kunnen duiden: dmb, twaalf stuks. Zou dat zoiets zijn als ‘damesmaandbandage’? Zij was toen vierentwintig jaar en de reis zou een ruime maand duren. Dus ze had wel iets in die richting nodig.’
Over de auteur
Voor een biografie over Jacob van Lennep waaraan professor Marita Mathijsen momenteel werkt, worstelde zij duizenden brieven van en aan de schrijver door. ‘In al die brieven kwam ik maar één keer iets over de maandelijkse stonden tegen. Zijn vrouw Henrietta en zijn dochter Sara zijn op een gegeven moment in Zandvoort, waar ze zeebaden nemen, terwijl Jacob op reis is naar Duitsland. Zijn vrouw schrijft hem dat ze zullen terugkomen uit Zandvoort ‘als Saartje de epoque van de maand weder wagtende is’. Tampons bestonden nog niet, dus bij ongesteldheid werden er geen baden genomen. Zo’n mededeling geeft toch een ander beeld van Van Lennep, die te boek stond als schuinsmarcheerder. Blijkbaar kon Henrietta vrij van taboes aan haar man schrijven over de ongesteldheid van de dochter. Er wordt wel beweerd dat het Victoriaanse huwelijk liefdevoller was dan altijd is aangenomen. Zo’n passage wijst inderdaad op gedeelde intimiteit.’
De biografie Jacob van Lennep: Bezielde Schavuit van Marita Mathijsen verscheen in januari 2018, 150 jaar na de dood van Van Lennep.
Meer lezen?
Menstruatie in de literatuur
Poem in praise of menstruation
Donderpreek voor dummy
Period! is een onafhankelijk, online magazine over de menstruatiecyclus. De informatie op Period! vervangt geen medisch consult. Raadpleeg bij medische klachten altijd een arts. In redactionele artikelen kom je soms affiliatielinks tegen. Gesponsorde samenwerkingen vind je in de categorie Spotlight. Heb je vragen? Kijk dan even op onze contactpagina.